Stichting Uitgeverij Rhemaprint

De eerste brief aan de Corinthiërs
Gezag en orde in de gemeente

 
vorige pagina inhoud volgende pagina

Woord vooraf
 
 

De zendingsreizen door de heidenlanden waartoe de apostel Paulus speciaal geroepen was, hadden als hoogtepunt de stichting van de plaatselijke gemeenten. Zij waren de egelstellingen van het Koninkrijk Gods, die achterbleven wanneer de apostel met zijn helpers verder trok. Deze gemeenten moesten de apostolische overleveringen bewaren, beleven en verbreiden. Zij droegen dus grote verantwoordelijkheid, niet alleen voor de opbouw van eigen leden maar ook voor de verbreiding van het evangelie in hun omgeving. Men zou Jezus Christus als redder en verlosser der wereld kunnen aanvaarden naarmate de gemeente Gods het licht des levens uitstraalde.

Is het een wonder dat Paulus, wanneer hij doorreisde 'met de prediking van het Koninkrijk', zich nog altijd betrokken gevoelde bij het wel en wee van hen die hij had achtergelaten? Hoe verkeerde hij in zorg wanneer ongunstige informaties hem bereikten. Gelukkig was er de mogelijkheid van een intensieve communicatie, omdat zijn trouwe metgezellen koeriersdiensten verrichtten. Door hen kon de apostel schriftelijk zijn vaderlijke raadgevingen en vermaningen maar ook zijn blijdschap wanneer alles goed ging, overbrengen. Op deze wijze hielden de gemeenteleden contact met de fundamentlegger van hun geloof en konden zij hem vragen stellen over de leer en over de praktijk van het christelijk leven.

Ook voor onze gemeenten is in deze eerste Corinthebrief een schat van informatie bewaard gebleven, waardoor ook onze leden bij hun bijbelstudie worden opgebouwd. Juist de beantwoording door Paulus van moeilijke vragen geeft ook nu inzicht in de wil des Heren en in diens bedoelingen met de gemeenten. Wat zouden wij nog weten van het avondmaal, van het spreken in tongen, van de geestelijke begaafdheden, van het wezen der opstanding, wanneer in Corinthe hierover geen problemen waren gerezen, die de apostel tot een duidelijke behandeling ervan noopten. Indien wij de geestelijke kennis en wijsheid waardoor Paulus werd geleid, ook bezitten, zullen wij op dezelfde wijze de oplossingen vinden voor onze eigentijdse vraagstukken. Menige gemeente komt in onrust omdat zij geen antwoord heeft op de praktijk van het moderne leven, waarmee ze door haar leden wordt geconfronteerd. De problemen blijven liggen, als de voorgaande broeders geen vaste koers bepalen, maar worden opgelost wanneer de wijze van denken van Paulus is overgenomen , want hij bepaal de vanuit de geestelijke realiteit zijn opstelling in allerlei zaken.

Ik zal het als een rijke beloning ervaren, wanneer de lezer door de eenvoudige verklaring van deze praktische brief, ook de oplossing zou ontvangen voor de gevarieerde en eigentijdse moeilijkheden in zijn leven. Ik heb mij zo goed mogelijk op de hoogte gesteld van wat andere uitleggers over deze brief schreven en er zo nodig gebruik van gemaakt, maar bovenal heb ik mij georiënteerd op de leer van Jezus Christus, namelijk op die van het Koninkrijk der hemelen.

De ondertitel van deze brief is: 'Gezag en orde in de gemeente'. Daarom geen partijschappen, want Christus is niet gedeeld. Er is slechts één bouwwijze op het fundament mogelijk. Er moet tucht zijn in de gemeente. Men regelt geschillen bij onderlinge rechtspraak. In het huwelijk eerbiedigen de partners de gezagsverhoudingen. De christelijke vrijheid geeft geen aanstoot. Ambtsdragers hebben bevoegdheden. In de gemeente erkent men het emancipatieproces van de vrouw. Er mag geen wanorde zijn bij liefdemaaltijden en evenmin bij het gebruik van de geestelijke begaafdheden. Streef naar eenheid van leer. Er moet regelmaat zijn in het geven van bijdragen voor gemeente en armen. Gezag en orde functioneren alleen in een sfeer van onderlinge liefde.

Gorinchem, oktober 1985
J.E. van den Brink

 
vorige pagina terug volgende pagina