Stichting Uitgeverij Rhemaprint

Het Koninkrijk der Hemelen
Door J.E. van den Brink

 
vorige pagina volgende pagina

8- De kostbare parel


 

"Evenzo is het Koninkrijk der hemelen gelijk aan een koopman, die schone parelen zocht. Toen hij een kostbare parel gevonden had, ging hij heen en verkocht al wat hij had, en kocht die"(Matth. 13 vers 45,46).

 

Het beeld 


Tot de weelde-artikelen van de oosterlingen behoren in het bijzonder de edelgesteenten. Het "kostelijk gesteente" werd reeds vroeg op hoge waarde geschat en hoe nauwkeurig men de verschillende stenen wist te onderscheiden, blijkt wel uit Openbaring 21:19 en 20. Van ouds was men gesteld op hun kleurrijkdom en hun glans. Het was geen uitzondering als rijke vrouwen aan zes of zelfs acht vingers ringen met kostbare stenen droegen. Zo vermaant Paulus in 1 Timotheüs 2:9 dat de vrouwen in de samenkomst zich moeten "sieren met waardige klederdracht, zedig en ingetogen, niet met haarvlechten en goud of parelen en kostbare kleding".

Ook in Openbaring 18:12 worden de parels in een opsomming van luxe artikelen genoemd: goud, zilver, edelgesteente en parelen, naast het fijne linnen, het purper, de zijde en het scharlaken. Parels waren bij de vrouwen in de oudheid nog meer geliefd dan edelstenen. Ook is bijvoorbeeld bekend dat Julius Caesar voor een parel eens meer dan een half miljoen gulden gaf. Natuurlijk was zulk een prijs een uitzondering, maar dit bedrag zegt toch iets van de luxe in die tijd. Beroemd waren ook de parels van Cleopatra, waarvan zij er een in azijn oploste en ter ere van Antonius opdronk. Een parel van Karel de Vijfde kostte tachtigduizend dukaten.

De kenmerken van kostbare parels zijn hun bijzondere grootte, kleur, vorm en vooral de algehele doorschijnendheid. Daarom spreekt men van parels "van het zuiverste water". In de handel wordt de waarde evenals bij diamanten, karaatsgewijze berekend. Een parel met een gewicht van zes karaat (1 karaat is ongeveer 0,2 gram) is zes keer zes maal de prijs van een parel van één karaat. Deze berekening geldt alleen voor goede soorten, terwijl voor parels van zeldzame grootte, zuivere ronding en grote helderheid, fabelachtige prijzen betaald werden.

De parels werden in hoofdzaak geïmporteerd uit de streken van de Indische Oceaan en de Perzische Golf. De pareloester heeft een schelp met aan de binnenkant een glad oppervlak van een glinsterend wit, nu eens naar het gele, dan naar het blauw trekkende, en afwisselende met alle kleuren van de regenboog. Hiervan wordt door afslijping het bekende parelmoer verkregen. De parels zelf zijn niet anders dan een meer dan gewone afscheiding van het vocht waaruit die parelmoeren binnenwand wordt gevormd. De parel is dus een voortbrengsel van de levende natuur.

Schone parels vindt de duiker dikwijls bij een rijke vangst, maar slechts zelden een parel van grote waarde, dus één die bij een buitengewone grootte, bijvoorbeeld als een walnoot, ook de goede ronding en zuiverheid bezit. Zij is voor de handelaar dus een begeerlijke buit.

De gelijkenis stelt ons een koopman in parels voor. Deze legde zich bij voorkeur toe op het verzamelen van "schone" parels. Wellicht bezocht hij de parelvisserijen om langs deze weg de eerste handelaar te zijn die de waardevolle parel ontdekte. Op deze wijze had hij zich reeds een groot bezit aan zulke parels verworven. Op een dag trof hij evenwel een parel aan van bijzondere en uitnemende waarde, zoals hij nimmer tijdens zijn koopmanschap was tegengekomen. Het is een fijn trekje in de voorstelling, dat de koopman deze parel niet zocht, maar bij het zoeken naar goede parels, haar vond: zulke parels zijn te zeldzaam dat men ernaar zou gaan zoeken.

Een opvallende bijzonderheid in deze gelijkenis is ook het feit dat de koopman zich niet verblijdde bij deze ontdekking. Dit in tegenstelling met de "mens" in de vorige parabel, die enorm blij was met de schat die hij in de akker ontdekt had. Toch wilde de vreugdeloze verzamelaar vanaf het eerste ogenblik dat de kostbare parel hem getoond werd, haar bezitten, maar niet dan voor een zeer hoge prijs kon hij haar verwerven.

Hij maakte dus zijn hart los van de parels die hij reeds bezat en die hij met zoveel moeite bijeen vergaderd had. Hij maakte ze alle te gelde om de hoge prijs voor dat ene kostbare juweel te kunnen betalen en deze in zijn bezit te krijgen.

 

Verklaringen 


Een bekende uitleg van de gelijkenis van de parel is vrijwel gelijkluidend met die welke men aan de gelijkenis van de schat in de akker geeft. Hij luidt: alle mensen zijn ijverig bezig schone parels te zoeken. De een wil rijk wezen, de andere aanzienlijk en geëerd, de derde geleerd, maar bijna allen komen bedrogen uit. Zij zoeken namaakparels.

Jezus Christus is evenwel de Parel van grote waarde. Wie Hem bezit, heeft genoeg en is voor eeuwig gelukkig. De ware christen is dus de geestelijke koopman die zich met niets minder tevreden stelt dan deel te hebben aan Christus. Men moet bereid zijn ter wille van Hem afstand te doen van alle eigendom en alles te verlaten om Hem te volgen.

Hoewel het waar is dat wij zoekers moeten zijn van het Koninkrijk Gods en zijn gerechtigheid, is het een onbijbelse gedachte dat dit Koninkrijk te koop zou zijn en dat zelfs Christus verworven kan worden in ruil van onze natuurlijke bezittingen. Er staat immers duidelijk dat de koopman alles verkocht wat hij had om de kostbare parel te kopen.

Wij kunnen niet betalen met inspanningen van krachten, met onthoudingen, of met het offeren van aardse goederen. Petrus sprak tot Simon de tovenaar die hem geld aanbood om de gave Gods te ontvangen: "Uw geld zij met u ten verderve, daar gij gemeend hebt de gave Gods voor geld te kunnen verwerven".

Men mag het verkrijgen van het Koninkrijk Gods nimmer in verband brengen met het geven van geld en goederen, of met het aanbieden van menselijke prestaties en opofferingen. Men ontvangt het uit genade door het geloof, om niet. Het is daarom niet te verwonderen dat velen deze verklaring verwerpen en de volgende aanhangen, die betere Schriftuurlijke grond schijnt te hebben. Men geeft dan de volgende exegese: nooit heeft een mens zo van alles totaal afstand gedaan als Christus deed, toen Hij op aarde neerdaalde in de gedaante van een zwak, hulpbehoevend mensenkind, dat volwassen geworden, ook zijn leven nog offerde. Zo staat er: "Maar Zichzelf ontledigd heeft, en de gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen, en de mensen gelijk geworden is. En in zijn uiterlijk als een mens bevonden, heeft Hij Zich vernederd en is gehoorzaam geworden tot de dood, ja, tot de dood des kruises" (Filip. 2:7,8). Bij deze verklaring is de parel het beeld van de menselijke ziel. De grote parel is dan het zinnebeeld van de gemeente die gered wordt uit het slijk der aarde.

Deze exegese heeft het voordeel dat zij uitgaat van de gedachte dat de mens niet door en door verdorven is, maar nog altijd te vergelijken is met een parel, die evenwel volgens de uitleg in het slijk ligt, dus gesitueerd is in het rijk der duisternis. Het is ook waar dat Jezus alles verkocht wat Hij had zoals in de vorige gelijkenis reeds uitgebeeld werd.

Verder gaat de uitleg mank. Indien de parels mensenzielen zijn die door Jezus gezocht worden, en dit is waar, dan wordt uit deze parels de gemeente gevormd. Dan kocht Hij deze parels door alles te geven wat Hij had. Maar men komt door deze uitleg tot de gedachte dat Jezus al zijn verworven mensenzielen prijsgaf om nog een bijzondere parel te kopen, namelijk de gemeente. Deze komt evenwel niet in de plaats van andere mensen, want Jezus is geen handelaar in "zielen van mensen" (Openb. 18:13).

Bovendien is de gemeente een collectief begrip, een verzameling van mensen. Een grote parel is echter niet opgebouwd uit kleine parels, maar zij is op dezelfde wijze als deze ontstaan en gegroeid. Onze Heer kocht niet alleen zijn gemeente, maar Hij was het lam van God dat de zonde van de gehéle kosmos of wereld wegnam (Joh. 1:29).

In 1 Johannes 2:2 staat: "En Hij is een verzoening voor onze zonden en niet alleen voor de onze, maar ook voor die der gehéle wereld". Hij stierf voor de zonde van het ganse menselijke geslacht.

 

Wie is de zoeker? 


De gelijkenis van de parel is geen doublure van die van de schat in de akker. Zij toont ons evenwel het reddingsplan van God voor de mens vanuit een andere gezichtshoek in de hemelse gewesten. Bij de schat in de akker lag het volle accent op het werk van Jezus Christus die het geheim van het Koninkrijk der hemelen ontdekte, namelijk de bevrijding en het herstel van de nieuwe schepping in de verlossing onzer zonden op grond van de vrijkoping door zijn bloed (Openb. 1:5).

In de parabel van de parel ligt het volle zwaartepunt bij de tegenstander van God, die satan, aan wiens heerschappij de zielen der mensen onttrokken werden. Om dit duidelijk te maken, bepalen wij ons allereerst bij hen die zoekers van mensen (parels) zijn:

God zoekt
. In de vertaling van Brouwer staat in Jacobus 4:5: "Of meent gij, dat het Schriftwoord zonder reden zegt: met naijverig verlangen zoekt Hij naar de geest die Hij in ons deed wonen?" De nieuwe vertaling luidt: "Of meent gij dat het Schriftwoord zonder reden zegt: De geest die Hij in ons deed wonen, begeert Hij met jaloersheid?".

God wil Zich verbinden met de menselijke geest. Hij zoekt in de mens een liefdesgemeenschap en een werkgemeenschap. Zijn bedoeling is dat de menselijke geest voor eeuwig zijn partner zal zijn. Dit plan laat God nooit los, ook niet na de val van de mens. Deze zal eenmaal zitten op de troon van God. Jezus Christus, die reeds verhoogd werd, is hiervan de garantie. Wij zullen met Hem zitten op de troon, gelijk Hij gezeten is met zijn Vader op diens troon (Openb. 3:21).

De Vader zoekt de gemeenschap met de mens, zoals de Heer sprak: "Maar de ure komt en is nu, dat de waarachtige aanbidders de Vader aanbidden zullen in geest en in waarheid; want de Vader zoekt zulke aanbidders" (Joh. 4:23). God is geest en Hij zoekt allen die met hun geest bezig zijn in de hemelse gewesten, daar waar Hij is. Bidden en aanbidden veronderstellen een bezig zijn in de geestelijke of onzienlijke wereld.

Jezus zoekt
. In Lucas 19:10 staat over het zoeken van onze Heer: "want de Zoon des mensen is gekomen om het verlorene te zoeken en te redden".

Zij die verloren zijn, bevinden zich onder de overweldiging en heerschappij van de vorst der duisternis. Jezus ging weldoende rond en genas allen die door de duivel beheerst werden (Hand. 10:38). Hij is de goede herder die het verlorene zoekt totdat hij het vindt (Luc. 15:4).

De duivel zoekt
. Van de duivel wordt meegedeeld dat hij rondzwerft als een brullende leeuw, op zoek wie hij zal verslinden (1 Petr. 5:8). Hij wil mensen voor zichzelf hebben. Hij wil met hen verbonden zijn om zijn werken in deze wereld te openbaren. Hij begeert "de vrouw" van God. Met hartstocht zoekt hij naar mensen, zoals deze koopman naar schone parels, om ze in zijn bezit te krijgen. Hoe deze handelaar de parels in zijn bezit gekregen had, vermeldt de gelijkenis niet, maar van de boze staat dat hij het stelen niet schuwt. Hij komt immers "om te stelen en te slachten en te verdelgen".

Wij merken op, dat deze mensen niet van hun ontstaan af, zijn eigendom zijn, evenmin als de parels altijd de koopman toebehoord hadden. De mens is niet vanaf zijn geboorte aan de verdoemenis deelachtig, maar hij krijgt wel spoedig deel aan het rijk der duisternis. Generaliserend gesproken, is reeds vanaf zijn jeugd het voortbrengsel van zijn hart boos (Gen. 8:21). Hij gaat afwijken, wordt beschadigd en onnut (Rom. 3:12).

Langs deze weg wordt de mens "verkocht onder de zonde" (Rom. 7:14). Hij wordt geleidelijk aan door de vijand overmeesterd en bezet gebied. Op deze wijze eigent de boze zich de mensen als de koopman zijn parels, stuk voor stuk toe.

 

De ruil 


Al rondgaande, rovende, stelende en verslindende, ontmoette de duivel de zoon des mensen. Zulk een parel was hij nimmer tegengekomen. Deze was volmaakt en onaangetast. De duivel probeerde eerst Jezus in zijn bezit te krijgen op dezelfde manier als hij de andere mensen in zijn macht gekregen had. Ook Jezus kwam onder zijn verzoekingen en pressies, maar Hij week niet af en weerstond de boze. Hij bood weerstandnaan de duivel, en door de inwonende kracht van de Heilige Geest moest die van Hem vlieden. Jezus droeg de wapenrusting Gods, die van de Heilige Geest, en bleef staan in de boze dag. Hij vervulde zijn taak, hield stand en bleef het eigendom van zijn hemelse Vader.

De duivel is evenwel een gedrevene. Hij; wilde, koste wat het koste, Jezus in zijn bezit krijgen zoals de koopman de kostbare parel. Toen sprak God: "Geef Mij al die parels die jij in je bezit hebt, dan zal Ik je de Zoon mijner liefde als een kostbare parel overleveren".

Om een ander beeld te gebruiken: een mooi gouden tientje kan ingewisseld worden tegen duizend en meer vuile centen. Zo werd Jezus als de kostbare parel ingeruild tegen alle met schuld beladen, geschonden en beschadigde mensen van alle tijden en van alle plaatsen. Hij werd overgeleverd om onze overtredingen (Rom. 4:25). De Heilige Geest verliet Hem en Hij ontving het loon der zonde, de dood. Deze voerde heerschappij over Hem (Rom. 6:9).

De duivel kent echter nimmer vreugde bij zijn bedrijvigheden want ware blijdschap behoort aan het Koninkrijk Gods. Daarom vermeldt de gelijkenis niet, zoals bij de schat in de akker, dat "hij in zijn blijdschap erover heengaat". Hij gaf als de parelkoopman al zijn bezit aan parels over voor de kostbare parel. Zijn eigen koninkrijk met de demonen over wie hij heerst, behoefde hij niet af te staan, "want over engelen ontfermt God zich niet" (Hebr. 2:16).

Het bloed van Jezus, zijn leven, was het betaalmiddel waardoor de Vader weer eigendomsrecht kreeg over het ganse menselijke geslacht. Op deze wijze zette Jezus in een gelijkenis de hemelse transactie tussen God en de duivel uiteen. Hij schonk ons daarmee inzicht in de dingen van de onzienlijke wereld. De discipelen begrepen deze gelijkenissen niet maar zouden ze later verstaan.

Zo zag Johannes op Patmos een ander beeld Hij aanschouwde de stad Gods, het nieuwe Jeruzalem, dat opgebouwd wordt uit levend en kostbaar gesteente. Hij zag de edelstenen en de paarlen poorten, alle beeld van een verloste en bevrijde mensheid

 
vorige pagina terug volgende pagina