Stichting Uitgeverij Rhemaprint

De volheid van de Geest
Door P. Bronsveld

 
vorige pagina volgende pagina

De rijkdom van de doop in de Heilige Geest


 

Een onderdompeling in het bovennatuurlijke 


De doop in de Heilige Geest is een onderdompeling in het bovennatuurlijke, het is een ervaring van de geestelijke wereld. Onze geestelijke ogen gaan open voor een nieuwe dimensie, voor de hemelse werkelijkheid.

Wanneer we spreken over de hemel, dan kijken veel christenen naar boven, naar de wolken, en dan denken ze: daarachter ergens moet de hemel liggen. De hemelse werkelijkheid is echter een geheel andere. In Johannes 14 licht Jezus iets van de sluier op die deze hemelse realiteit bedekt. Hij spreekt daar over het huis van zijn Vader waar vele woningen zijn. Meestal denkt men bij die woorden aan een plaats, ver daarboven, waar God voor een ieder van ons een huis klaargemaakt heeft. Bij Jezus' wederkomst mogen wij allen de voor ons toebereide woning betrekken.

Wat zegt de Bijbel echter? Dat huis des Vaders zijn wij zelf! Wij allen samen vormen de woonstede Gods in de geest; een tempel, heilig in de Here. Het huis des Vaders is de gemeente van Jezus Christus. En de gemeente wordt gevormd door alle leden individueel. God wil wonen in elk afzonderlijk lid van de gemeente. Al die levende stenen vormen samen de grote tempel, maar ze zijn zelf, ieder afzonderlijk, óók een tempel. Paulus zegt dat trouwens ook: 'Zo zijt gij dan geen vreemdelingen en bijwoners meer, maar medeburgers der heiligen en huisgenoten Gods, gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Christus Jezus zelf de hoeksteen is. In Hem wast elk bouwwerk, goed ineensluitend, op tot een tempel, heilig in de Here, in wie ook gij mede gebouwd wordt tot een woonstede Gods in de Geest'(Ef. 2:19-22).

Dat 'plaatsbereiden' is daarom ook niet iets dat nog staat te gebeuren in de toekomst. Jezus bereidt een plaats voor ons in Gods tegenwoordigheid - voor zijn troon.

Jezus zegt: 'Ik ga heen om u plaats te bereiden'. Hij spreekt deze woorden vóór hij naar het kruis gaat en Hij doelt op zijn lijden en sterven waardoor Hij een levende weg zou openen naar de troon van God. In onze dagen hééft Jezus deze plaats al bereid. Hij is daar niet meer mee bezig. 'En wanneer Ik heengegaan ben en u plaats bereid heb, kom Ik weder en zal u tot Mij nemen, opdat ook gij moogt zijn, waar Ik ben'(Joh. 14:3), zegt Jezus daarna. Hij heeft het hier niet over de eindtijd. De wederkomst waarover Hij spreekt, is de uitstorting van de Heilige Geest. Dat blijkt wel uit Johannes 14:26, waar Hij duidelijk maakt dat de Geest zijn plaats zou innemen. In vers 18 van Johannes 14 zegt de Heer dan: ' Ik zal u niet als wezen achterlaten. Ik kom tot u'. Hij wist dat de discipelen zich heel eenzaam zouden voelen als Hij niet meer bij hen was. Als deze uitspraak gedoeld zou hebben op een verre toekomst, dan zouden de discipelen wel terdege als wezen achtergebleven zijn - die hele lange tijd tot aan de komst des Heren. Door de doop in de Heilige Geest is Hij echter op de pinksterdag bij hen gekomen.

De doop in de Heilige Geest is een bewustwording van, en een deel krijgen aan de bovennatuurlijke wereld, de hemelse gewesten. Het is een neergezet-worden op de plaats waar Jezus is. Dat bedoelt de Heer met de woorden: 'Ik kom weder en zal u tot Mij nemen, opdat ook gij zijn moogt, waar Ik ben'(vers 3).

Het spreekt vanzelf dat we daardoor ook een duidelijkere kijk krijgen op de persoon van Jezus Christus. 'Ik kom tot u' (door mijn Geest), zegt Hij. Hij openbaart ons zijn wezen. De doop in de Heilige Geest brengt heel bewust een openbaring van Jezus Christus met zich mee. In Johannes 17:24 zegt Hij dan ook: 'Ik wil, (en daarmee geeft Hij uitdrukkelijk uiting aan zijn grote verlangen....) dat, waar Ik ben, ook zij bij Mij zijn, om mijn heerlijkheid te aanschouwen, die Gij Mij gegeven hebt'.

Het aanschouwen van de heerlijkheid wordt reëel door de doop in de Heilige Geest.

 

De levendmaking van onze geest 


In de Efezebrief roept Paulus zijn lezers op om vervuld te worden met de Heilige Geest (Ef. 5:18). Wat bedoelt de apostel met deze uitdrukking? Het spreekt vanzelf dat het hier gaat om beeldspraak. Om menselijke woorden die een geestelijke waarheid willen weergeven. Wat is die geestelijke waarheid? Sommigen denken bij dit beeld aan een glas dat gevuld moet worden. Voor we het water er in kunnen gieten, moet het eerst leeg zijn. Waar het een is kan het ander immers niet zijn. Wij moeten eerst een proces van reiniging en heiliging ondergaan om vol te kunnen worden met de Geest van God. Toch is het niet dat, wat de apostel bedoelt. Paulus zegt: 'Bedrinkt u niet aan wijn, waarin bandeloosheid is, maar wordt vervuld met de Geest'. Er is een moment van 'aangegrepen zijn'. Zoals iemand die gedronken heeft 'boven zichzelf uitgetild' wordt - echter op een destructieve manier, zo stijgen wij door de vervulling van de Heilige Geest boven de normale gang van zaken uit, in ons geestelijke en in ons emotionele leven. Maar dan tot heil en overwinning - onder de discipline van de Geest. Vandaar dat we spreken over 'de levendmaking van onze geest'. Er gebeurt iets vanbinnen. Je wordt geestelijk wakker en er begint een nieuwe dynamiek in je te werken - een dynamiek waar je zelf de controle over hebt. Dat is geen proces, maar de ervaring van een moment. Het is geen hoeveelheid die langzaamaan bijgevuld wordt. Het gaat om een gebeurtenis die je gedachten, je hele wezen, je voelen, je beslissingen op een bepaald moment vervult.

Anders is het met onze levensvernieuwing. Paulus zegt dat we vernieuwd moeten worden door ons denken. Dat is wél een proces. Daar is wél tijd voor nodig. Het is zelfs mogelijk dat iemand die vervuld is met de Heilige Geest toch nog wel eens domme dingen doet. Gods Geest werkt wel, maar op bepaalde fronten is zijn gedachtenleven nog niet veranderd.

Wie Efeziërs 5 in de grondtekst leest, ontdekt dat er eigenlijk een uitdrukking gebruikt wordt die betekent: Wordt telkens weer vervuld! Wordt steeds weer opnieuw aangegrepen!

In Handelingen 13:52 lezen we dat de discipelen vervuld werden met blijdschap en met de Heilige Geest. Hier is sprake van twee equivalenten. De term 'vervuld worden met blijdschap' wijst heel duidelijk op een ervaring van het moment. Er was sprake van smaad en vervolging. Ze werden echter op een bepaald ogenblik boven zichzelf uitgetild en ervoeren toen een geweldige blijdschap. Dat viel samen met hun vervulling met de Heilige Geest. Beide waren gebeurtenissen die op een bepaald ogenblik plaatsvonden.

Waarom is deze accentuering van zo'n groot belang? Veel gelovigen die verlangen naar de vervulling met de Heilige Geest, denken dat zij zich lang - soms jarenlang - moeten voorbereiden voordat zij de vervulling met de Heilige Geest kunnen ervaren. En dat is dus beslist niet het geval.

Het vervuld worden met de Heilige Geest en de groei van het geestelijke leven hebben echter wél met elkaar te maken. Het groeien komt erna! Wie telkens weer vervuld wordt met de Heilige Geest, heeft - in dat vervuld zijn - ervaringen; krijgt in dat vervullingsmoment nieuwe gedachten aangedragen, waarover hij gaat nadenken, en waardoor op de duur zijn denken vernieuwd wordt.

Zoals gezegd, de doop met de Heilige Geest is eenmalig. De Heer wil ons echter steeds weer vervullen met zijn Geest. Dat is een troost voor mensen bij wie het vuur van de Geest nagenoeg is uitgeblust.

 

Een bekrachtiging voor specifieke uitdagingen 


Als er in Gods Koninkrijk een specifieke gebeurtenis zal plaatsvinden, als er op een bepaald moment een speciaal werk gedaan moet worden, dan is er altijd sprake van 'vervulling'. Het is merkwaardig dat we daar zelfs reeds vóór pinksteren over lezen. Lucas vertelt over het moment dat Maria bij haar nicht Elisabet komt: 'En toen Elisabet de groet van Maria hoorde, geschiedde het, dat het kind opsprong in haar schoot, en Elisabet werd vervuld met de Heilige Geest'(Lucas 1:42). Daarna spreekt zij de profetische woorden:' Gezegend zijt gij onder de vrouwen en gezegend is de vrucht van uw schoot'. Waarachtige profetie is te herkennen aan de impuls van de Heilige Geest, waaruit zij voortkomt. Er kunnen twee dezelfde profetieën uitgesproken worden. De ene keer komt zij voort uit de volheid van Gods Geest, de andere keer misschien niet. Het kenmerkende van de profetie die opbouwt, is, dat we daar een wijsheid van de Geest in aantreffen, waardoor het juiste woord gezegd wordt. Misschien is dat slechts een eenvoudig woord, maar het was de Geest van God die leidde tot spreken. Op een bepaald moment is daar een vervulling met de Heilige Geest waardoor mensen gaan handelen!

Toen Petrus en Johannes ter verantwoording geroepen werden over een wonder dat zij verricht hadden, diende Petrus de Joodse Raad op een niet mis te verstane manier van repliek en daarbij was hij - zoals speciaal vermeld wordt - vervuld met de Heilige Geest (Hand. 4:8). Toen hij begon te spreken - op dat moment - was hij vol van Gods Geest. Misschien was dat niet altijd zo. Maar toen hij geplaatst werd voor zo'n belangrijke uitdaging, had hij de Geest brood-nodig en God schonk hem Die.

Ook wij kunnen op een gegeven ogenblik geconfronteerd worden met grote duisternis. Wat is het dan machtig dat er een vervulling met de Heilige Geest bestaat - van het ene moment op het andere.

De Heilige Geest werkt vanuit ónze instelling ten opzichte van Hem. Vanuit onze verwachting. Ons geloof. Onze gehoorzaamheid. Als er in Efeziërs staat 'Wordt vervuld met de Heilige Geest', dan is dat een opdracht. Wij zullen daar aktief bij betrokken moeten zijn. Ons moeten vastklampen aan de belofte van de Heer. We zullen moeten geloven in de realiteit van het boven-jezelf-uitgetild-worden ten behoeve van die confrontatie of die taak die er ligt voor een bepaalde situatie.

Dat zien we bijvoorbeeld ook bij Paulus als hij een aanvaring krijgt met de occultist Elymas (Hand. 13:9). 'Doch Saulus, anders gezegd Paulus, vervuld met de Heilige Geest zag hem scherp aan en zeide: 'Zoon des duivels.....' Vanuit een impuls van de Heilige Geest gaat Paulus de strijd met het rijk der duisternis aan. Het is ook voor ons van het grootste belang dat wij weten dat de vervulling met de Heilige Geest op het moment dat wij bidden of als wij bedienen, plaats kan vinden, zodat er kracht vanuit kan gaan.

 

Een toegangspoort voor de gaven van de Geest 


Wanneer wij vervuld zijn met de Geest van God, dan kan de ervaring van dat ogenblik ook wérkzaam worden in ons leven. Dan hebben wij toegang tot de gaven van de Geest. 1 Corintiërs 12:6 zegt :'Er is verscheidenheid in werkingen, maar het is dezelfde God, die alles in allen werkt'. Dat wil zeggen: Gods Geest verstrekt alle middelen die nodig zijn om Zijn werk te doen - aan allen, in díe situaties waarin dat nodig is, en bij díe confrontaties, waarin Gods kracht en heerlijkheid nodig zijn. De gaven worden werkzaam op die momenten waarop wij ons bewust vullen met de Heilige Geest. De eerste gave die daarbij openbaar wordt, is het spreken in tongen zoals we zien in de diverse voorbeelden in Handelingen. Versterkt door dit fenomeen, kunnen ook de andere gaven openbaar worden.

 

Troonsbestijging 


Pinksteren is niet alleen het feest van de komst van de Geest, maar vooral ook de herinnering aan de troonsbestijging van onze verheerlijkte Heer en van ónze verheerlijking met Hem. Als wij pinksteren in dit perspectief zien, zullen we beseffen over welke onaangeboorde krachtbronnen wij beschikken. Duidelijk bracht de apostel Petrus op de pinksterdag naar voren, dat wat de gelovigen op dat moment persoonlijk ervaarden, zijn oorsprong vond in een hogere, oneindig veel ingrijpender en heerlijker dimensie. De apostel riep uit: 'Nu Hij, Jezus, dan door de rechterhand Gods verhoogd is en de belofte des Heiligen Geestes van de Vader ontvangen heeft, heeft Hij dit uitgestort, wat gij ziet en hoort'. Wat de gelovigen ervaren, moet in het licht van een veel grootser gebeuren worden gezien: Jezus is door de rechterhand Gods verhoogd!

Definieert de apostel Paulus later de kracht die in de gelovigen werkzaam is, dan spreekt hij over de 'sterkte zijner macht, die Hij heeft gewrocht in Christus, door Hem uit de doden op te wekken en Hem te zetten aan zijn rechterhand in de hemelse gewesten, boven alle overheid en macht en kracht en heerschappij en alle naam, die genoemd wordt niet alleen in deze, maar ook in de toekomende eeuw' (Ef. 1:20). De kracht die in de gelovige werkt, is de energie van de verheerlijkte Christus. Deze vernieuwing kán in hem werkzaam worden, omdat hij ook zelf deel gekregen heeft aan de verheerlijking van zijn Heer. Vandaar ook dat de apostel vervolgt: 'Ook u.....', om dan aan het einde van deze, hem kenmerkende, overladen zin te stellen: 'En ons heeft Hij mede opgewekt en ons mede een plaats gegeven in de hemelse gewesten, in Christus Jezus' (Ef. 2:6).

Twee hoofdstukken verder zegt Paulus tegen dezelfde Efeziërs: 'Daarom heet het: opgevaren naar de hoge voerde Hij krijgsgevangenen mede, gaven gaf Hij aan de mensen'. Jezus ging naar de hemel, waar Hij als verheerlijkte Heer plaats nam op de troon. Hij ging echter niet alleen. Krijgsgevangenen nam Hij met zich mee: de oorlogsbuit van de overwinning die Hij behaalde - mensen die losgerukt waren uit de macht van satan en met Hem overgeplaatst werden in de geestelijke wereld. Ziedaar de goddelijke dimensie van pinksteren: Christus neemt als de verheerlijkte Heer plaats op Gods troon en wij met Hem! Willen we ooit visie op de werkelijke betekenis van pinksteren krijgen, dan zullen we ons ook bewust moeten worden: de pinksterervaring houdt niet alleen een uitstorting van Gods kracht in, maar zij is bovenal een duidelijke identificatie met de verheerlijkte, verhoogde Christus. Willen we werkelijk de volle doorwerking van pinksteren ervaren, dan zullen we ook vanuit deze nieuwe positie - met Jezus op de troon - moeten gaan léven.

 

De weg tot overwinning 


Ook voor de praktijk van ons dagelijkse leven heeft dit vérstrekkende gevolgen. Pinksteren ervaren is delen in een dubbele zegen. Deze bestaat niet alleen in het ontvangen van kracht, maar ook in het bekleed worden met gezag, met dezelfde autoriteit die Jezus vanuit zijn troon uitoefent over 'alle overheid en macht' (Col. 2:10). Bij veel charismatische christenen behoeft het zoeken naar een diepere doorwerking van de pinksterervaring correctie, waar het gaat over de visie op het gezag dat Jezus belooft. Bij al het zoeken naar een nieuwe ervaring van kracht gaan zij doorgaans zonder meer voorbij aan het gezag dat hun ter beschikking staat. Beide zijn voor een openbaring van Gods heerlijkheid in ons leven van evengroot belang. De Heer wil kracht geven door zijn Geest, zeker! De vervulling met zijn Geest brengt echter ook de bewustwording van wie wij in Christus zijn, in welke positie wij door de pinksterervaring zijn geplaatst, en met welk gezag wij werden bekleed. Dit gezag heeft niet in de eerste plaats te maken met een ervaring, maar met doorzicht en geloof, met geestelijke status. Pinksteren ervaren is niet alleen de kracht van de Geest voelen stromen, maar tevens in puur geloof het gezag aangrijpen waarmee Christus ons wil bekleden. Het betekent stelling nemen tegen de destructieve machten die ons leven belagen. Paulus noemt in dit verband het motief waarom God een gemeente uitverkiest en haar met gezag bekleedt: 'opdat thans door middel van de gemeente aan de overheden en de machten in de hemelse gewesten de veelkleurige wijsheid Gods bekend zou worden.....'(Ef. 3:10).

Wanneer wij falen in het praktische leven de pinksterkracht blijvend te openbaren, kan de oorzaak vaak gezocht worden in het feit dat we - in plaats van ons boven onze vijanden te verheffen en ons in de gezagspositie te plaatsen die de Heer voor ons reserveerde - slechts zien op de steeds slinkende voorraad kracht die we in ons leven voorhanden denken te hebben. Daar we echter met geestelijke vijanden te maken hebben, gaat het niet in de eerste plaats om een krachtmeting, maar om een gezagsconflict. In plaats van treuren over ons gebrek aan geestelijke kracht, zouden we onze nieuwe positie moeten bezingen, waarin we delen door de doop in de Heilige Geest, namelijk dat we koningen zijn, die in Christus Jezus mede een plaats gekregen hebben in de hemelse gewesten.

 

Stromen van levend water 


In Johannes 7:37-39 zegt Jezus: 'Indien iemand dorst heeft, hij kome tot Mij en drinke. Wie in Mij gelooft gelijk de Schrift zegt, stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien'. De apostel vervolgt dan met de verklaring: 'Dit zeide Hij van de Geest, welke zij, die tot geloof in Hem kwamen, ontvangen zouden, want de Geest was er nog niet, omdat Jezus nog niet verheerlijkt was'.

Met dit 'binnenste' bedoelt de Heer de inwendige mens. In de grondtekst staat: vanuit zijn ingewanden. De Joden geloofden namelijk dat de geest van de mens die de perceptie van God en van de geestelijke dingen heeft, gelocaliseerd was diep binnenin zijn wezen. De mens bestaat uit geest, ziel en lichaam. Het lichaam is het buitenste deel van je bestaan. Daarbinnen bevindt zich het zieleleven: de persoonlijkheid, het gevoelsleven, het bewuste denken, de mogelijkheid om beslissingen te nemen, de wijze waarop je reageert op de omstandigheden - je temperament dus, dat je vanaf je geboorte meegekregen hebt als mens. Daar binnen is dan de werkelijke innerlijke mens. Dáár komt Gods Geest. 'Zijn Geest getuigt met onze geest' (Rom. 8:16). Velen denken dat die Geest in het zieleleven komt. Hij wordt echter in onze geest uitgestort. Je kunt Hem niet voelen of ervaren met je gevoelsleven. Je ontvangt Hem in geloof - omdat geloof een functie is van de geest. Het gevolg echter van het ontvangen is, dat je een ervaring krijgt. Die twee horen dus toch bij elkaar. De mens ontvangt diep in zijn binnenste - door het geloof - de Heilige Geest. Daar behoef je je niet bewust van te zijn. Als gevolg daarvan begint er iets in je leven te gebeuren; er wordt een bron ontsloten, die vloeit tot in je bewuste leven. Dat resulteert in een ervaring.

De belofte is, dat vanuit ons binnenste een bewustwording zal plaatsvinden van de kracht en het leven van de Heer. Het zal in ons zijn als 'een fontein van water, dat springt ten eeuwigen leven'.

 

Praktische gevolgen 


Wanneer we leren bewuster te leven vanuit de nieuwe positie waarin God ons plaatst, dan zal dat ook zijn uitwerking hebben in praktische bevrijding en levensvernieuwing. Als er daarbij dan ook nog eens sprake is van een nieuwe geestelijke ontvankelijkheid, zullen we ons ook meer bewust worden van de tegenwoordigheid van God. Daardoor onderkennen we sneller de verleiding van de zonde en zullen we een groter verlangen naar geestelijke groei en heiliging in ons leven tot ontwikkeling zien komen.

*Daarbij stimuleert de doop in de Geest ons te leven naar de Schrift. De Bijbel wordt een sprekend boek. Er wordt nieuwe honger in ons gewekt naar de waarheid van Gods Woord. De gebeurtenissen en uitspraken die we erin tegenkomen, gaan voor ons leven als grandioze realiteit, ook voor ons bestaan.

*Zo leren we ook de plannen van God met ons leven kennen. Bij de apostelen was het zo, dat zij dankzij de volheid van de Geest, in staat waren hun bediening af te stemmen op de leiding van God. Door profetieën, dromen en visioenen leidde de Geest van God zijn dienaren van het eerste uur naar de plaatsen waar zij mochten werken voor hun Heer. Dat wil de Heer ook in onze levens doen!

*De doop in de Geest verandert ons gebedsleven. Wij ontvangen kracht in ons gebed. 'De Geest komt onze zwakheid te hulp....; de Geest zelf pleit voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen' (Rom. 8:26).

*Door de doop in de Geest worden onze geestelijke ogen niet alleen geopend voor de realiteit van God, maar ook voor de macht van het kwaad. We gaan ervaren dat onze worsteling niet is tegen bloed en vlees, maar 'tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten' (Ef. 6:12).

*De doop in de Geest wekt in ons een verlangen naar de redding van velen. De Heilige Geest openbaart ons hoe groot Gods verlangen is om zijn schepping te redden. De gelovige die vol is van de Geest leert de bewogenheid kennen die ook Jezus ervoer toen Hij weende over Jeruzalem. Dit diepere verlangen dat de Geest in ons werkt, is een sterke stimulans bij het uitdragen van het evangelie. Er zal een groot verlangen in ons hart leven om Jezus te laten zien in zijn heerlijkheid, in zijn macht en majesteit. Daaraan gekoppeld de zekerheid dat de Heer ons door zijn Geest macht en gezag geeft bij de prediking van het evangelie, is dit een reden om ons met intensere vreugde te werpen op de grote opdracht. Pinksteren is het feest van het binnenhalen van de oogst. Door Gods Geest kunnen wij daaraan deelhebben.

*Wij zullen door de doop in de Heilige Geest meer begrip krijgen voor de liefde die God koestert voor een ieder van ons: 'De hoop maakt niet beschaamd, omdat de liefde Gods in onze harten uitgestort is door de Heilige Geest, die ons gegeven is.....' (Rom. 5:5).

*
Door de onderdompeling in de hemelse werkelijkheid, zullen we in het leven van alle dag heel reëel de aanwezigheid van de Heer mogen ervaren. Dat was bijvoorbeeld het geval met Stefanus. Toen hij voor de hoge Raad gedaagd was, werd hij 'vol van de Heilige Geest, sloeg de ogen ten hemel en zag de heerlijkheid Gods en Jezus, staande ter rechterhand Gods' (Hand. 7:55, 56). Ook Paulus heeft een dergelijke ervaring als hij later voor de Raad gebracht is: 'En de volgende nacht stond de Here bij hem en zeide: houd moed, want zoals gij te Jeruzalem van Mij getuigd hebt, moet gij ook te Rome getuigen' (Hand. 23:11). Al eerder had hij een verschijning van de Heer zelf ontvangen. Daarover vertelt hij de Joden in Handelingen 22: 'En het overkwam mij, toen ik te Jeruzalem was teruggekeerd en in de tempel aanbad, dat ik in zinsverrukking geraakte, en dat ik Hem zag, die tot mij zeide: Haast u en vertrek spoedig uit Jeruzalem, want zij zullen van u geen getuigenis over Mij aannemen' (vers 17). De realiteit van de aanwezigheid van de Heer is er altijd door de Heilige Geest. Niet altijd is deze waarneembaar voor onze natuurlijke ogen. In momenten van grote moeilijkheden kan God echter onze ogen openen.

*Als wij gedoopt zijn in de Heilige Geest zullen wij in nieuwe tongen kunnen spreken, evenals de apostelen dat deden op de pinksterdag en velen daarna!

 
vorige pagina terug volgende pagina