De brief aan de Efeziërs
Door J.E. van den Brink

WOORD VOORAF

Dankbaar ben ik, dat nu ook mijn tekst-aan-tekst-verklaring van de Efezebrief is verschenen. Mijn dank geldt het enthousiaste team van 'Kracht van Omhoog', dat de verzorging van deze uitgave op zich nam, maar ook de lezers van dit blad die financieel hulp verleenden.

De Efezebrief is uitzonderlijk mooi en verheven. Zij voert de lezers naar ongekende hoogten en confronteert hen met de geestelijke realiteiten in de hemelse gewesten. De uiteenzettingen van de geheimenissen van het Koninkrijk der hemelen, die broeder Paulus ons hier schenkt, zijn fascinerend. Bij het herlezen van zijn brief, die ik enkele jaren geleden zorgvuldig bestudeerde, zegende ook ik de God en Vader van onze Here Jezus Christus, die ons met allerlei zegeningen in de hemelse gewesten heeft gezegend in Christus Jezus. Ik merkte de rijkdom der bediening van Paulus op, waardoor de inhoud van het geheimenis van het Koninkrijk der hemelen ook mij werd geopenbaard. Wie deze verklaring aandachtig leest en herleest, zal zich met mij eveneens verblijden. Evenals de zwervende Hebreeën zal hij dan tot de conclusie komen, dat de volle-evangelie christenen geen blijvende religieuze plaats op aarde zoeken, maar wel het blijvende, eeuwige, hemelse Jeruzalem. Ook de strijd in de hemelse gewesten, waaraan Paulus in deze brief zoveel aandacht schenkt, is in onze tijd weer zeer actueel.

Deze verklaring van de Efezebrief heeft niet de pretentie dat zij wetenschappelijk zou zijn, hoewel ik mij op de hoogte stelde van de vakliteratuur uit allerlei kerkelijke richtingen, teneinde de tekst zo zuiver mogelijk te kunnen benaderen. Bij mijn uitleg van de verzen ben ik evenwel niet bij de zeer geleerde theologen te rade gegaan, maar ik stelde mijn vertrouwen geheel op de leiding van de Heilige Geest, die ons tot gids is gegeven en die ook de apostel bij het schrijven inspireerde. De verschillende verklaarders, hoe bekwaam ze verder ook zijn en welke kostelijke en interessante opmerkingen zij dikwijls maken, konden mij niet bevredigen. Zij gaan immers uit van een gedachtenwereld, die zij niet kennen. Jarenlange bijbelstudie tezamen met mijn vrouw bracht mij op 'de grond des Heren' waar ons denken geheel werd vernieuwd.

Van deze brief moet in het bijzonder erkend worden, dat een ongeestelijk mens haar niet kan verstaan, omdat ze zuiver geestelijk moet worden verklaard, dat is dat voortdurend rekening moet worden gehouden met de onzichtbare wereld der geesten. Wie dit boek leest, geve hier acht op. Hij zal dan op de 'wieken' moeten gaan en zich verheffen om 'ter plaatse' te komen, waar God heeft gesproken en waar de apostel zich bewoog, toen hij op aarde een gezant was van Christus in ketenen.

Mijn wens is dat geestelijk slapende christenen zullen ontwaken en Christus hen bij het lezen van deze uitleg van de Efezebrief, heerlijk moge beschijnen.

Gorinchem, maart 1984

J.E. van den Brink