Stichting Uitgeverij Rhemaprint

De Pinksterboodschap van Joël
Door J.E. van den Brink

 
vorige pagina volgende pagina

Woord vooraf


 

Het is voor mij een vreugde om de kanttekeningen bij de nieuwtestamentische brieven nu ook uit te breiden met een verklaring van het boek Joël. Ook deze godsspraak kan alleen verstaan worden bij het licht van het evangelie van het Koninkrijk der hemelen. Joël is niet een samenbundeling van losstaande voorspellingen, maar wij hebben hier te maken met één machtige, doorlopende profetie aangaande de kerk van het nieuwe verbond. De sleutelgedachte duidde ik aan met de titel: 'De pinksterboodschap van Joël'. Toen Petrus op het Pinksterfeest zijn stem verhief om de aandacht te vragen van een duizendkoppige massa, was hij de eerste ambassadeur van Jezus Christus en een heraut van de Heilige Geest. Hij riep het uit: 'Dit is het, waarvan gesproken is door de profeet Joël'. Dit is het ook wat ons als volle-evangeliechristenen fascineert en verbindt, namelijk het verzamelen van kennis in de geestelijke wereld: profeteren, gezichten zien en dromen dromen. Joël spreekt over eeuwen van onvruchtbaarheid, schraalheid en dorheid, maar ook over een heerlijke eindtiid, wanneer de dorsvloeren gevuld zijn en de perskuipen overlopen van wijn en olie. Joël wijst ons een weg. Wilt u waarlijk een pinksterchristen zijn, volg dan deze route en zeg met de apostel: 'Dit is het!' Wie van ons verlangt niet permanent te staan onder de waterval van Gods Geest op alle vlees. Het zwakke, beschadigde vlees, hersteld, en in dienst van de Heilige Geest! Dan begint de gemeente van Jezus Christus, tot alle goed werk geheel toegerust, aan de laatste worsteling tegen de boze geesten in de hemelse gewesten, om dan in de eindslag van Harmagedon volkomen te zegevieren.

Gorinchem, juli 1978.

 
vorige pagina terug volgende pagina